in  natuursteen
        
        Minder bekend dan de 
        
duivelskrassen 
        zijn de andere 'mysterieuze' sporen, 
        die eveneens aangetroffen worden op oude gebouwen, met name 
        
kerken. 
        Het gaat om uithollingen in 
        
natuursteen, 
        die te vinden zijn op hoeken of rondingen, zoals op 
        
schalken 
        van 
kerkportalen. 
        Terwijl de duivelskrassen nogal ongeschikt zijn om 
        een plat lemmet slijpen, zijn de bedoelde holtes vermoedelijk het 
        gevolg van het eeuwenlang slijpen van messen en dergelijke. 
        Bij een hoek gaat dat het beste, maar die hoek slijt langzaamaan weg. 
        Daardoor schuift de hoek als het ware op en er ontstaat een holte. 
        Omdat de 
mortel 
        van de 
voegen 
        minder fijn is en veel harde deeltjes bevat, vermijdt men die. 
        De holte ligt dus tussen de voegen en is in het midden het diepst.
        Het verschijnsel komt relatief vaak voor 
        in de ruime omgeving van Bentheim; de 
        
Bentheimer steen 
        is kennelijk geschikt als slijpsteen. 
        Ook voor het afschrapen van 
        
poeder, 
        één van de verklaringen voor de 
        duivelskrassen, is de steen kennelijk heel geschikt. 
        
        
        
        
        
        
        
          Tekst: Jean Penders, 01-2006. Afbeelding: Jean Penders